Mirjam Vosmeer (Lectoraat Play & Civic Media)
Een onderzoeksmethode voor het bestuderen van documenten, communicatie-artefacten of dergelijke media zoals: teksten, afbeeldingen, audio, video en nieuwe media als Virtual Reality. Sociale wetenschappers gebruiken dit om patronen in communicatie op een reproduceerbare en systematische manier te onderzoeken. Door van te voren een stelling op te zetten kun je de variërende media testen op haar karakteristieken.
Qualitative Media Content Analysis is erg afhankelijk van de onderzoeker en hoe deze de media interpreteert, dit doe je dus vooral op jezelf en de methode is dus remote-vriendelijk. Je kan altijd met meerdere onderzoekers analyseren en dan de interpretaties met elkaar delen om tot een consensus te komen, deze kan je dan valideren via de gebruikers.
Voordat je kan observeren moet je gepaste media kiezen die je aan de hand van je stelling en of vragen kan analyseren. Bij het verzamelen is het belangrijk voor de kwaliteit van het onderzoek dat je variatie hebt in je gevonden media. Om variatie te behalen zal je moeten zoeken naar: typische media, negatieve/tegenstrijdige media en uitzonderlijke/ongelooflijke media binnen jouw onderzoekscategorie. Door dit na te streven zorg je ervoor dat je testresultaten niet te veel zullen leunen op een specifiek aspect doordat je enkel homogene voorbeelden hebt verzamelt.
Bij de analyse is het tevens belangrijk dat je meerdere variabelen toepast tijdens het onderzoek zodat je geen eentonige resultaten zult krijgen als: positief, negatief of neutraal. Door verschillende variabelen toe te passen kun je meer informatie halen uit ieder onderzocht voorbeeld, hierdoor ga je efficiënter om met je tijd en is het mogelijk om inzichten van een hogere kwaliteit te verzamelen.
Bepaalde beelden, tekens en gedragingen kunnen naast hun voor de hand liggende betekenis ook naar andere dingen verwijzen. Door grondig te onderzoeken wat de hele ervaring probeert te vertellen kan er goed kwalitatief onderzoek gedaan worden.
Dit is een onderzoeksmethode om iets te bewijzen of uit te lichten, dit komt vaak nadat je een aantal bronnen verzameld hebt via deskresearch of andere inspiratie. Doordat je enig begrip hebt van het medium kun je geschikte onderzoeksvariabelen opzetten die hierbij zullen passen, een onderzoek verliest validiteit als je tijdens het onderzoek nieuwe variabelen aanmaakt.
Je kan deze methode op een kwalitatieve of een kwantitatieve manier aanpakken. Voor nieuwe media is de kwalitatieve variant een betere richting door de complexiteit die de nieuwe technologieën met zich meebrengen. Doordat je het op een kwalitatieve manier aanpakt en dus op gedetailleerde manier naar bronnen kijkt gaat het enige tijd kosten om door je gekozen media heen te komen.
De moeilijkheidsgraad is afhankelijk van de complexiteit van de bronnen. Net zoals bij schriftelijke bronnen kunnen mediabronnen ook ingewikkeld worden op basis van de soort doelgroep voor de media (mate van complexiteit waar de doelgroep aan gewend is). Mediabronnen zijn producten ontworpen voor bepaalde doelgroepen en hebben vaak een doel een boodschap over te brengen, bij een analyse kun je er dus onder andere voor kiezen deze doelen te identificeren.
De moeilijkheidsgraad is hiernaast ook afhankelijk van je analyserichting. Het kan soms lastig zijn om abstracte variabelen te vinden in mediabronnen, dit kan leiden tot confirmation bias uit moeheid wanneer je veel content moet verkennen.
Voordat je kunt beginnen heb je toepasselijke mediabronnen nodig, deze moet je volgens de eerder genoemde criteria (Zie: hoe werkt het?) selecteren waardoor je een gebalanceerde selectie hebt waarmee je een consistente analyse kan uitvoeren.
Om te kunnen analyseren heb je variabelen nodig, zo zoek je specifiek naar aspecten die voor jouw onderzoek relevant zijn (als een soort filter). Het is wijs om voordat je van start gaat met deze methode al wat kennis te vergaren over jouw onderwerp zodat je variabelen op kan zetten die echt van waarde zijn. De variabelen zijn aspecten van de bronnen en hebben altijd een functie.
Via je analyse ontleedt je de bronnen en licht je uit wat voor jou belangrijk is, deze verzamelde aspecten kun je gebruiken als onderbouwing voor de rest van je onderzoek.
Het is belangrijk om duidelijk te maken waarom je de aspecten gekozen hebt, zodat degene die je onderzoek lezen het analyseproces kunnen volgen.
Om de analyse verder valide te maken kan het wijs zijn om participanten te betrekken bij de analyse, zij kunnen -nadat zij de media bekeken/beluisterd hebben- geïnterviewd worden om hun gedachtes over de dergelijke media naar voren te brengen. Door gebruikers bij te laten dragen aan het onderzoek kan de eventuele bias van de onderzoeker geminimaliseerd worden.
Om de interviews op afstand mogelijk te maken moet de onderzoeker d.m.v. bellen, Skype of een dergelijke manier dat op afstand communiceren mogelijk is. Als het mogelijk is wordt het aangeraden om de participant hardop te laten denken en zichzelf (minimaal audio) op te laten nemen tijdens het ervaren van de media. Dit vooral om meer inzichten te verzamelen aangezien participanten niet altijd alle nuttige informatie loslaten tijden een interview.
Doordat je jouw gekozen bronnen analyseert op basis van de door jouw opgestelde variabelen krijg een een overzicht van het door jouw gekozen medium op basis van de karakteristieken die voor jouw belangrijk waren. Zo kan je onderzoeken hoe representatie van geweld, racisme of seksisme op tv door de jaren heen is veranderd of hoe films gebruikmaken van compositie binnen een specifiek genre. Hiernaast is het ook mogelijk om het woordgebruik van personen in stemopnames te analyseren om hun fysieke gezondheid vast te kunnen stellen (met behulp van psychologische deskundigen).
Studenten van de minor 2018/2019