Multi-zintuiglijk presenteren van abstracte onderzoeksresultaten

Aangereikt door:

Aangereikt door: Simon Dogger & Boey Wang

Samenvatting 

De methode die wordt beschreven maakt gebruik van meerdere methoden om een onderzoeksvraag te onderzoeken. Het gaat hierbij niet om één enkele methode, maar om een combinatie van verschillende technieken die worden gebruikt om een dieper inzicht te krijgen in de onderzoeksvraag. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het gebruik van interviews, co-creatie, observaties, experimenten, card sorting, ChatGpt, social media en/of literatuurstudie.

Het is de bedoeling om de verkregen resultaten vervolgens op een multi-zintuiglijke manier te presenteren aan de buitenwereld. Dit betekent dat de resultaten niet alleen op een traditionele manier worden gepresenteerd, bijvoorbeeld in de vorm van een rapport, artikel of presentatie, maar dat ook andere zintuigen worden aangesproken om de resultaten te presenteren. Hierbij kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van audio- en videomateriaal, tastbare objecten om te kunnen voelen, geur en smaak.

Deze methode richt zich op het onderzoeken en presenteren van abstracte en subjectieve thema’s. Een belangrijk onderdeel van het proces is het definiëren van het thema – bijvoorbeeld ‘angst’ of ‘onzekerheid’ – en dit dan vanuit meerdere perspectieven te onderzoeken en multi-zintuigelijk te presenteren.

 

Doel van de methode

Deze methode onderzoekt een abstract thema, waarna de onderzoeksresultaten worden gepresenteerd aan de hand van een multi-zintuiglijke presentatie, waarbij de focus voornamelijk wordt gelegd op niet-visuele zintuigen. Het doel van de presentatie is om de onderzoeksresultaten van een ander perspectief te ervaren. Volgens Nijboer en de Haan (2007) is de informatie die wij binnenkrijgen vooral afhankelijk van wat we visueel waarnemen. Deze onderzoeksmethode toets wat er overblijft als dat zintuig wegvalt. Uitzoeken wat er wordt waargenomen wanneer het zicht wegvalt, is onderdeel van het proces. Doordat de focus ligt op de overgebleven zintuigen, hoopt de onderzoeker dat er meer wordt waargenomen dan enkel met zicht. Het doel van de onderzoeksmethode is dus om waarneming en inzicht te vergroten aan de hand van de presentatie. 

De kracht van de methode is dat er andere aspecten kunnen worden belicht dan wanneer er enkel naar de resultaten wordt gekeken. Wat hieraan bijdraagt is dat de presentatie niet alleen gaat om de resultaten, maar ook over het proces wat de onderzoeker heeft meegemaakt, en de inzichten die daaruit voort zijn gekomen. Tijdens het proces probeert de onderzoeker aan de hand van de presentatie het thema te deconstructeren en te zoeken naar het onbekende waar men verrast door kan worden. Dit is een belangrijk onderdeel van het vertalen en reconstrueren van het abstracte thema naar een multi-zintuiglijke presentatie.

 

Hoe werkt het?

Bij deze methode heb je veel vrijheid in je aanpak. Als er een abstract thema is uitgezocht kan je het op verschillende manieren onderzoeken op een zintuigelijke manier. 

Denk onderweg dus ook goed na over de multi-zintuiglijke aspecten die je tegenkomt en waar je wellicht verder mee kan. Hiermee presenteer je op een multi-zintuiglijke manier je inzichten. Hierbij laat je de participanten een ervaring op doen (die jij wilt overbrengen aan het publiek). Zorg er dus ook voor dat de participanten en het publiek jouw inzichten en dus de ervaring begrijpen.

 

stap 1: bepaal abstracte thema

stap 2: onderzoek/deconstrueer het thema

stap 3: presenteer de inzichten op een multi-zintuiglijke manier. Belangrijk is dat toeschouwers de presentatie ervaren en dus onderdeel worden van de presentatie.

(stap 4): verwerk de inzichten uit de ervaringen van de deelnemers met de presentatie in een nieuwe versie

 

Participanten: Denk goed na over hoe je wilt onderzoeken en of je hierbij überhaupt participanten nodig hebt. Je kan participanten inzetten tijdens het oriënteren en het werken richting de presentatie. Maar natuurlijk moet je tijdens de presentatie ook participanten inzetten. 

Als je ervoor kiest om dit wel te doen, moet je goed bepalen wie de participanten zijn. Het is belangrijk om te bedenken welke eigenschappen, kenmerken of achtergronden je wilt dat de participanten hebben. Denk ook na over waar je deze mensen gaat vinden. Je kan ervoor kiezen om de participanten in groepen mee te laten doen in je onderzoek, of juist individueel.  Dit kan allemaal invloed hebben op de manier waarop je de methode presenteert en de informatie die je verstrekt. 

Fase: Deze methode wordt gebruikt in de verkennende fase van een onderzoek.

Duur: De duur van de methode is afhankelijk van verschillende factoren, zoals het doel van de methode, de complexiteit van de methode en het aantal deelnemers. Je kunt deze methode zo uitgebreid of zo snel als je wilt inzetten. Het is echter belangrijk om te realiseren dat er vaak meerdere iteraties nodig zijn om het abstracte thema goed te begrijpen en goed te communiceren.

Benodigdheden: Als je volledige vrijheid hebt in de aanpak van je onderzoek, kun je ook zelf bepalen welke benodigdheden je nodig hebt om de methode uit te voeren. Dit kan variëren van papier en potloden tot geavanceerde technologieën en software.

Uitvoering: Ook bij de uitvoering van de methode kunnen de aandachtspunten bij de uitvoering variëren. Maar het is altijd belangrijk om onderweg zorgvuldig te overwegen welke zintuigen op verschillende momenten naar voren komen en om deze op een consistente en betrouwbare manier te integreren in het onderzoek.

Welke data kun je verzamelen en presenteren?

Bij een multi-zintuigelijk onderzoek kun je verschillende soorten data verzamelen en presenteren, afhankelijk van de aanpak en de zintuigen waar onderweg op gefocust is. Hier een aantal voorbeelden.

Beeld data: Beeld data omvat alle visuele informatie die verzameld kan worden, zoals afbeeldingen, foto’s, video’s, etc. Denk hierbij ook aan verschillende software waarmee gewerkt kan worden die op hun eigen manier resultaten visualiseren. (zicht)

Geluid data: Geluid data omvat alle audio-informatie die verzameld kan worden, zoals opgenomen gesprekken, muziek, omgevingsgeluiden, etc.. (gehoor)

Tekstuele data: Tekstuele data omvat alle geschreven informatie die verzameld kan worden, zoals geschreven notities, interviews, enquêtes enzovoort.

Biometrische data: Deze informatie kun je verzamelen, maar je kunt ook data presenteren mbv (displays of geluid van) meters en sensoren.

Tactiele data: Tactiele data omvatten informatie over de aanrakingen van gebruikers met materialen, bijvoorbeeld  of iets ruw, zacht, scherp etc is. Die data kun je verzamelen, maar ook onderdeel maken van je presentatie.

Bij het verzamelen en presenteren van deze data moet altijd rekening worden gehouden met ethische en privacy aspecten.

 

Moeilijkheidsgraad 

De moeilijkheidsgraad van de methode multi-zintuiglijk onderzoek kan verschillen op basis van het abstracte thema  dat wordt gebruikt. Dit kan afhankelijk zijn van verschillende factoren, zoals de complexiteit van het onderwerp en de doelgroep van het onderzoek. Daarbij geldt ook: wat voor de ene persoon een gemakkelijk thema is, kan voor de ander juist heel uitdagend zijn.

Bovendien kan het uitvoeren van multi-zintuiglijk onderzoek ook uitdagend zijn vanwege de noodzaak om deelnemers te werven die aan specifieke criteria voldoen. Bijvoorbeeld, als het onderzoek gericht is op mensen met een bepaalde medische aandoening of als het onderzoek vereist dat deelnemers over specifieke vaardigheden beschikken. Dit kan de selectie van geschikte deelnemers bemoeilijken en het uitvoeren van het onderzoek bemoeilijken.

Het uitvoeren van multi-zintuiglijk onderzoek vereist dus een creatief denkvermogen om een goed onderzoek uit te voeren en de bevindingen te kunnen presenteren op een zintuiglijk aantrekkelijke manier. Maar als het op de juiste manier wordt uitgevoerd, kan het waardevolle inzichten bieden in hoe onze zintuigen samenwerken om ons begrip van de wereld om ons heen te vormen en kan het leiden tot nieuwe ontdekkingen en innovaties.

 

Voor- en nadelen

Een voordeel van deze methode, is de mogelijkheid om alternatieve aspecten van een abstract begrip te benadrukken die anders mogelijk over het hoofd gezien zouden worden bij een methode die zich uitsluitend richt op objectieve  resultaten. Het toepassen van deze methode kan leiden tot nieuwe en unieke perspectieven die anders niet zouden worden ontdekt bij het gebruik van een andere benadering.

Er zijn echter ook nadelen aan deze methode. Doordat het doel van de methode niet is om alle informatie over te brengen, maar eerder om een abstract thema te interpreteren en nieuwe inzichten op te doen aan de hand van verschillende zintuigen, worden niet alle onderzoeksresultaten gebruikt en gaat er informatie verloren. 

Daarnaast is het onderzoeksresultaat subjectief en afhankelijk van de onderzoeker en zijn proces.

Tips & tricks

  • Focus eerst op het abstracte thema en hou een open blik. Focus daarna pas op de presentatie en kader in wat je precies wilt presenteren en overbrengen. 

 

Evaluatie en resultaten 

De methode richt zich op een multi-zintuiglijke presentatie waarbij de resultaten worden ervaren. Het bespreken van de resultaten, de ervaring met de resultaten en het evalueren van het proces is dus onderdeel van het proces.

 

Gerelateerde methodes 

Qualitative Media Content Analysis  (QMCA) is een onderzoeksmethode die de inhoud van media systematisch analyseert om patronen, thema’s en betekenissen te identificeren, met als doel een dieper inzicht te krijgen in de manier waarop media-inhoud ons begrip van de wereld om ons heen beïnvloedt.

 

Experimenteren: Experimenteren is een methode die wordt gebruikt om kennis op te doen door middel van het uitvoeren van een gecontroleerd onderzoek. Het is een wetenschappelijke methode waarbij de onderzoeker een hypothese formuleert over een specifiek probleem en deze vervolgens test door middel van het uitvoeren van een experiment.

 

Eye-tracking: Een methode om de oogbewegingen van deelnemers te meten, waarmee onderzoekers kunnen onderzoeken hoe de hersenen aandacht richten op verschillende zintuiglijke informatiebronnen.

 

Data visualisatie: Dit is een methode waarbij gegevens visueel worden weergegeven om patronen en relaties in de gegevens te onthullen. Het kan een effectieve manier zijn om complexe onderzoeksresultaten gemakkelijk te begrijpen en te communiceren.

 

Storytelling: Dit is een methode waarbij onderzoeksresultaten worden gepresenteerd in de vorm van een verhaal. Door het gebruik van anekdotes en voorbeelden kan het helpen om abstracte concepten inzichtelijker te maken en betrokkenheid bij het onderwerp te vergroten.

 

Gamification: Dit is een methode waarbij game-elementen worden toegevoegd aan de presentatie van onderzoeksresultaten. Het kan helpen om de aandacht van de gebruiker vast te houden en betrokkenheid te vergroten door middel van een speelse en interactieve benadering.

 

Virtual Reality (VR) en Augmented Reality (AR): Dit zijn methoden waarbij technologie wordt gebruikt om de gebruiker een immersieve en interactieve ervaring te bieden. Hierdoor kan de gebruiker abstracte concepten op een realistische manier ervaren en begrijpen.

 

Bronnen

Nijboer, T., & de Haan, E. (2007). Neuropsychologie van gezichtswaarneming. Springer. Geraadpleegd op 31 maart, van https://link.springer.com/article/10.1007/BF03079150 

Jarreau Gill, Maud Brandsen en Ilse Grootjes

Play Video